(Elektro)Zweefmodellen

Een (elektro)zweefvliegtuig heeft in de regel een grotere spanwijdte dan een motorvliegtuig. In hoofdzaak wordt er (als die er op zit) gevlogen met de motor uit. Door op zoek te gaan naar opstijgende lucht, ook wel thermiek genoemd, kan worden gestegen en de vluchttijd worden vergroot. De aanwezige elektromotor wordt in de regel gebruikt om op hoogte te komen en daar op zoek te gaan naar thermiek. Wordt er geen thermiek gevonden, niet getreurd, motor aan om weer op hoogte te komen en verder zoeken. Ook hier geldt, kies niet een te klein model. Een spanwijdte van ongeveer 2 meter is een goede keus.

Voorbeelden van geschikte modellen om mee te beginnen zijn : 

DLG

Een aparte groep binnen de zwevers wordt gevormd door de DLG (Discus Launch Glider). DLG-en is voor de puristen onder ons. Geen motor, geen haak onder het model om een lierstart mogelijk te maken, alleen een pin aan een van de vleugeleinden. Het toestel wordt met een soort van discuszwaai op hoogte gebracht. Dan start het zoeken naar thermiek. Zit het tegen sta je binnen een minuut weer aan de grond, zit het mee dan kun je tientallen minuten boven blijven. Door de relatief korte vluchtduur is DLG niet direkt geschikt om het modelvliegen onder de knie te krijgen.